Iedereen weet dat de laatste jaren door COVID vaak aangegeven is dat een negatief effect te zien is op sportdeelname. En dat is zeker waar als we kijken naar sportparticipatie in bepaalde deelgroepen van de samenleving. Maar ik wil hier inzoomen op gewichtheffers die wedstrijden deden in de jaren direct voor en na de pandemie en kijken of daar ook sprake was van terugval in prestaties.
Is te zien dat de kwaliteit van de top-25 gewichtheffers in de Nederlandse ranglijst minder was?
Of is de top-25 min of meer sterk genoeg gebleven?
Ik wil niet zeggen dat elke atleet dan hetzelfde is blijven presteren, maar over het gemiddelde van de top-25 kan wel gekeken worden of in deze steekproef sprake is van een gemiddeld verschil of niet.
Uitleg
In Nederland gebruiken wij nu al een aantal jaren een standaard die gebaseerd is op de laatste verandering van gewichtsklassen in de sport gewichtheffen (medio 2018). Daarbij werd door zowel de IWF als EWF respectievelijk de standaard bepaald voor erkenning van nieuwe records. In Nederland heb ik in een reeks van 5 eerdere artikelen de nationale records in standaarden voor Nederland berekend. Deze werden overgenomen door het NGB-bestuur en per 2019 ingevoerd. Daarbij was het uitgangspunt om de lat (of halter) zo hoog te leggen dat wel records verbroken konden worden, maar niet als je slechts de halter optilt. De laatste jaren zijn inderdaad records verbroken, maar zeker niet in alle categoriën. De ranglijst van de Nederlandse gewichthefbond is opgesteld op basis van een percentage van de Europese Standaard (ES%).
In Nederland wordt de individuele voortgang en fluctuaties in vorm als topatleet door de commissie topsportzaken onder de loep genomen, prestaties worden vergeleken met kansen op top-10 plaatsingen op EK en WK. De analyse die ik hier heb gemaakt staat daar los van. Ik wilde vooral even inzoomen naar het gemiddelde in de top-25 mannen en vrouwen 2019 t/m 2023.
Gegevens
In onderstaande tabel is de top-25 in %ES weergegeven over 2019, de gecombineerde 2020-2021, 2022 en 2023. Door de uitval in wedstrijden in 2020 is bewust gekozen bij de Nederlandse Gewichthefbond (NGB) om de wedstrijdresultaten van 2020 bij 2021 te voegen. De tabel is tot stand gekomen door alleen het beste resultaat van een atleet in de afzonderlijke ranglijst 2019, 2020-2021, 2022 en 2023 in te voeren. Dus elke top-25 plaats is terug te voeren tot de beste prestatie in de ranglijst van 1 atleet. De nr. 1 kan dus t.o.v. 2019 in 2020-2021, 2022 en 2023 telkens een andere atleet zijn. Hier is dus niet gekeken naar indiviudele progressie of regressie/uitval of het aantal wedstrijden van een atleet. Overigens kan het best zijn dat in Nederland nog sterkere atleten rond lopen en liepen die niet op officiële wedstrijden kunnen of willen meedoen. Dat blijft een eigen keuze.
Analyse
In een enkelvoudige analyse (1-way ANOVA) is in de eerste plaats gekeken of de verschillen tussen mannen en vrouwen kenmerkend zijn. Met deze 100 datapunten voor mannen en 100 voor vrouwen is het verschil niet betekenisvol. Het gemiddelde van de mannen is 66% met een variantie van 0,4% en vrouwen zitten dan op 66% met een variantie van 0,3%. De gegevens van mannen en vrouwen in deze steekproef kunnen bij elkaar gevoegd worden voor de tweede analyse. In de 2e analyse zal gekeken worden of de ranglijsten verschillen per seizoen. Een tweevoudige analyse (2-way ANOVA) is overbodig.
Intermezzo
Alhoewel het in Nederland gebruikelijk is om zowel voor dames als heren een top-25 ES% als criterium voor deelname aan het NK 15+ (senioren) te hanteren, kan hieruit afgeleid worden dat ook een top-50 gemaakt kan worden. Dan kan het voorkomen dat het ene jaar misschien wat meer dames als heren meedoen en vica versa. Tot nu toe heeft het bestuur en de commissie wedstrijdsportzaken gekozen voor een top-25 voor heren en afzonderlijk ook voor dames. Je zou immers ook kunnen bedenken dat het niet handig is om meer dames of heren op een NK te selecteren omdat dan de groepen lastiger te formeren zijn – denk aan het aantal intilplekken, halters dat aangepast moet worden en een wisselend tijdverloop van de dag. Door meer jaren toe te voegen kan dan telkens onderzocht worden of dat een goede keuze blijft.
Vervolgens is de tweede stap gezet om te kijken naar de vier ranglijsten. De verschillen tussen 2019 (65% var. 0,4%); 2020-21 (66% var. 0,4%); 2022 (66% var. 0,3%) en 2023 (67% var. 0,3%) zijn te klein om dit kenmerkend te noemen.
Conclusie
De pandemie had nihil effect op de prestaties van de top-25 in Nederland met als opmerking dat resultaten van 2020 bij 2021 werden gevoegd. De NGB kan doorgaan met het gebruik van de ES% als criterium voor deelname aan de NK15+ en door het ontbreken van een kenmerkend verschil tussen dames en heren is het (nog) niet nodig om meer of minder dames of heren toe te laten.
Het volgen van een individuele atleet met de progressie en afwijkingen in scores voor het selecteren naar internationale deelname is zoals gezegd een andere zaak. Dan zal bijv. de grootte van het deelnemersveld per categorie op EK of WK een rol spelen, ervaringsjaren e.d. In Nederland word hiervoor een voortschrijdend gemiddelde van de top-10 op EK en WK bekeken om vervolgens atleten uit te nodigen voor een gesprek over mogelijke deelname.
Het is goed om te zien dat de top-25 resultaten van Nederlandse gewichtheffers de afgelopen jaren ondanks de pandemie stabiel is gebleven. In 2020 had de NGB ook enkele on-line wedstrijden met jurering op afstand mogelijk gemaakt, oftewel werd zoveel als mogelijk de sportdeelname binnen de beperkingen met enkele clubs en atleten beperkt mogelijk gemaakt. Dat zal niet de hoofdreden zijn waarom de top-25 zo stabiel is gebleven, de instroom en uitstroom van atleten is min of meer hetzelfde gebleven.
Ook al lijkt 2023 iets hogere prestaties geleverd te zijn, toch is niet kenmerkend beter of slechter gepresteerd dan andere jaren. In alle gevallen is het zinvol voor de NGB om ranglijsten te hanteren om te kunnen komen tot kwalificaties voor zowel internationale atleten als nationale kampioenschappen.
In 2024 kan het zijn dat de gekozen berekeningsmethode %ES losgelaten zal worden voor een nieuwe methodiek (Quantiele berekeningsmethode). Daarentegen zal blijvend gekozen kunnen woren voor een ranglijstnotering als criterium voor selectieve deelname van atleten op het hoogste niveau van NK’s en internationale deelname namens Nederland.
Geef een reactie